Situatie
Een man van 25 jaar geeft bij zijn zorginstelling aan niet tevreden te zijn met zijn begeleider. Hij krijgt ambulante begeleiding vanuit een instelling, maar ziet zijn begeleider nooit en weet niet waar hij aan toe is.
Cliëntondersteuner
De cliëntondersteuner neemt contact op met de man. In hun gesprek vraagt cliëntondersteuner goed door om duidelijk te krijgen wat er precies aan de hand is.
De man geeft aan dat hij geen contact meer wil met zijn begeleider. De man heeft wel begeleiding nodig, maar wil geen contact met deze begeleider. Dit heeft hij ook aangegeven aan de begeleider. De man en de cliëntondersteuner spreken af om wel contact op te nemen met de begeleider.
Bij dit gesprek is de cliëntondersteuner aanwezig. Onduidelijkheden worden door zowel de man als de begeleider uitgesproken.
Nu
De instelling is in overleg met de man en de begeleider op zoek gegaan naar een nieuwe begeleider. De man ontvangt nu begeleiding van een ander persoon.